21. Wandeling op de laatste december zondagochtend te R.

Wandeling op de laatste december zondagochtend te R.

In het Marijnenpark klimt de koude nevel
uit de Molenbeek, achter mij land en wei.
Een zon ligt op de kim, tekent hard
licht op de bomen. Eenden kijken
me vanaf het water aan.
Mijn schaduw reikt mij voorbij,
raakt verderop
de stad trots in dit eerste ochtendlicht
en Roosendaal zingt.
Schitterend winterwater onttrekt zich aan het oog
en vloeit speels naar de Kade, waar een Polar Bear
staande om zijn witte weerspiegeling vraagt.
Ik ga het verlaten kruispunt over,
nog zonder haast
publiek, geen ruisende auto’s zo vroeg de dag.
Ik denk
twee boekhandels gesloten en voorbij
zo laag
dit verblindend licht, bedroeft mij op de Markt
en Roosendaal zingt.
Achter het ijzeren traliehek gesloten nog ligt
jubelend de Passage. Verderop het Tongerloplein
waar nieuwe klinkers een taal
van cultuur beleven gaan als straks
kunst licht verschijnt.
Het Octogon staat fier zijn bestaan
uit te stralen, daarachter
groeien schouwburg en museum
aaneen, bieden podium aan een ieder.
Voor nu,
de stad nog verlaten, kleurt zonlicht de straten warm
en Roosendaal zingt.

 

René Spruijt (november 1948) heeft zijn jeugd doorgebracht in de vrijheid tussen velden en sloten. Was mogelijk toen al op zoek naar de esthetiek van de modder.
Leren zien, bezien en inzien kenmerken zijn leven in de wereld en in zijn teksten. Op velerlei manieren heeft hij de opgedane visuele ervaringen en de achtergelaten indrukken weer gegeven in beelden: schilderen, 3-dimensionaal vormen, verhalen en poëzie.

— René Spruijt

Ars longa, vita brevis
Ik schreef dit gedicht naar aanleiding van het voornemen van het gemeentebestuur een kunstwerk te verplaatsen voor een lichtmast.

— René Spruijt